Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wegenverkeerswet 1994

 

Artikel 60
1
De houder van een kentekenbewijs is op eerste vordering van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen personen verplicht tot overgifte van dat bewijs of van een of meer bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen delen daarvan, indien naar het oordeel van die personen:
a
ter zake van het voertuig, waarvoor het kentekenbewijs is afgegeven, de verschuldigde belastingen en rechten niet zijn voldaan;
b
het voertuig waarvoor het kentekenbewijs is afgegeven, niet voldoet aan de bij of krachtens deze wet vastgestelde eisen, met uitzondering van de ingevolge hoofdstuk III met betrekking tot de toelating tot het verkeer op de weg vastgestelde eisen;
c
het voertuig waarvoor het kentekenbewijs is afgegeven, niet voldoet aan de in artikel 75, eerste lid, onderdeel b, bedoelde eisen voor zover het een voertuig betreft als daar bedoeld.
2
De in het eerste lid bedoelde vordering kan eveneens worden gedaan indien naar het oordeel van de daar bedoelde personen niet wordt voldaan aan de krachtens artikel 52, tweede lid, in het kentekenbewijs vermelde voorschriften.
3
Indien het een kentekenbewijs betreft dat is afgegeven voor een aanhangwagen die overeenkomstig het bij algemene maatregel van bestuur bepaalde is voorzien van een identificatieplaat, kan aan de vordering worden voldaan binnen een bij die maatregel vastgestelde termijn.
4
De in het eerste lid bedoelde personen doen in de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen gevallen het kentekenbewijs of de ingevorderde delen daarvan zo spoedig mogelijk toekomen aan de Dienst Wegverkeer.
5
De Dienst Wegverkeer geeft het kentekenbewijs of de ingevorderde delen daarvan terug:
a
in de gevallen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, indien ter zake van het voertuig alsnog de verschuldigde belastingen en rechten zijn voldaan;
b
in de gevallen, bedoeld in het eerste lid, onderdelen b en c, indien het voertuig ter zake van de eisen waaraan het niet voldeed, alsnog is goedgekeurd;
c
in het geval, bedoeld in het tweede lid, indien alsnog wordt voldaan aan de krachtens
* artikel 52, tweede lid, in het kentekenbewijs vermelde voorschriften.
6. De Dienst Wegverkeer geeft bij de teruggave van het kentekenbewijs of de ingevorderde delen daarvan tevens een keuringsbewijs voor het betrokken voertuig af indien:
a
het voertuig is onderworpen aan een onderzoek dat ten minste een controle inhoudt op de eisen, bedoeld in artikel 75, eerste lid, onderdeel a, en indien het een voertuig betreft als bedoeld in artikel 75, eerste lid, onderdeel b, tevens aan de daar bedoelde eisen, en
b
artikel 72 voor dat voertuig geldt of binnen een jaar zal gelden.
7
Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels vastgesteld omtrent de vordering van kentekenbewijzen.
8
Bij regeling van Onze Minister, in overeenstemming met Onze Minister van Financiƫn, kunnen nadere regels worden vastgesteld omtrent het vijfde lid, onderdeel a.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •